Stages 2022
Janet Beers volgt de master Geneeskunde aan de VU/Amsterdam UMC en doet haar wetenschappelijk stage bij Huisartsen UvA. Zij doet onderzoek naar waarom bepaalde medicatie- en leefstijladviezen van de zorgmedewerker bij mensen met een chronische aandoening, wel of niet worden opgevolgd. Bepaalde wensen van de patiënt en adviezen van de arts kunnen hierbij frictie opleveren. Door inzicht te krijgen in de overwegingen van patiënten hopen we de ketenzorg te kunnen verbeteren.
Emma Janse volgt haar master geneeskunde aan de UvA. In het kader van haar wetenschappelijke stage doet zij onderzoek bij huisartsenpraktijk UvA. Zij ontwikkelt en evalueert een informatieve website voor vrouwen in en na de overgang, in samenwerking met artsen en onderzoekers. Overgangsklachten krijgen nog niet veel aandacht in de huidige maatschappij, en zitten nog vaak in de taboesfeer, terwijl veel vrouwen door deze klachten worden belemmerd in hun dagelijks leven. Het doel van de website is vrouwen beter te informeren zodat zij betere keuzes kunnen maken wat betreft preventie en eventuele behandeling gezien hun eigen situatie en preferenties.
Lydia de Bruijn – de Goffau volgt de master Geneeskunde aan de VU/Amsterdam UMC. Voor haar wetenschappelijke stage gaat zij aan de slag met het probleem van de (te) lange wachtlijsten voor de GGZ. Ze onderzoekt of voor patiënten met depressie, angst en stress-gerelateerde klachten de begeleiding van doktersassistentes bij het volgen van e-Health programma’s helpt om deze periode te overbruggen.
Birgit Niemeijer volgt de master Geneeskunde aan de UvA/Amsterdam UMC locatie AMC. Voor haar onderzoeksstage doet zij onderzoek naar de mogelijkheid van het inzetten van ‘social support’ groepen voor (internationale) studenten die kampen met eenzaamheid of mentale gezondheidsproblemen. ‘Social support’ groepen worden zowel nationaal als internationaal op grote schaal ingezet met het idee dat personen die kampen met dezelfde problemen en/of ervaringen elkaar kunnen ondersteunen. Op dit moment is het echter nog onduidelijk wat een goede inhoudelijke basis voor deze groepen is en voor welke specifieke groep studenten het een geschikte vorm van ondersteuning zou zijn. Het doel van het onderzoek is dan ook antwoord te geven op deze vragen; hiermee zal format voor een toekomstige pilot-studie worden opgezet.
Zeeger Woerdman volgt zijn master geneeskunde aan de UvA en wil na afronding hiervan huisarts worden. Voor zijn wetenschappelijke stage doet hij onderzoek naar de samenhang tussen persoonlijkheid, sportactiviteit en mentale gezondheid. Ondanks bekende verbanden tussen sport en persoonlijkheid ontbreekt het in de literatuur aan een duidelijk overzicht hiervan m.b.t. mentale gezondheid. Deze factoren in kaart brengen kan mogelijk leiden tot meer geïndividualiseerde sportadviezen en daarnaast vervolgonderzoek richting geven.
Joan Man volgt de master Management, Policy Analysis, Entrepreneurship in the Health & Life Sciences aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Voor haar wetenschappelijke stage doet zij onderzoek naar de ervaren mentale gezondheid van LGBTQI+ studenten binnen het hoger onderwijs. Ondanks dat de diversiteit en de publieke aanvaarding voor LGBTQI+ mensen aanzienlijk zijn toegenomen, blijven de identiteitsgebonden aspecten van discriminatie en stigmatisering een negatieve invloed hebben op de geestelijke gezondheid van LGBTQI+ studenten. Het onderzoeken van deze factoren kunnen concrete actiepunten opleveren voor hoge onderwijsinstellingen.
Joanne van Winkoop volgt haar master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in the Health & Life Sciences (MPA) aan de VU Amsterdam. Zij doet onderzoek naar therapietrouw bij eHealth. Er wordt specifiek gekeken naar redenen waarom een deel van de patiënten van de POH-GGZ niet starten aan aangeboden eHealth tools. Door inzicht te krijgen in de overwegingen van de patiënten kunnen eHealth tools efficiënter worden ingezet en kunnen patiënten, zowel in deze als in andere huisartsenpraktijken, beter worden geholpen.
Amber Sterenborg volgt de bachelor Gezondheid en Leven aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Mentale gezondheid en leefstijl zijn nauw met elkaar verbonden, maar onduidelijk is nog of de ontvangen hulp voor mentale gezondheidsproblemen ook verband heeft met de leefstijl van studenten. Het doel van dit onderzoek is dan ook om te kijken naar welke hulp studenten hebben ontvangen voor hun mentale gezondheid en of deze effectief is geweest voor de verbetering van zowel de mentale gezondheid als de leefstijl.
Sanne Heijink volgt de master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences aan de VU. Tijdens haar wetenschappelijke stage gaat zij kijken naar de ervaringen van vrouwen met een afwijkend uitstrijkje met betrekking tot hun seksuele gezondheid. Tevens onderzoekt zij de ervaringen van diezelfde vrouwen met de door de huisarts aangeboden ondersteuning. Hierbij hoopt ze de huisartsenpraktijk nieuwe inzichten te geven in hoe deze vrouwen het beste geholpen kunnen worden in het proces.
Frédérique Jurgens volgt de master Management, Policy, Analysis & Entrepreneurship in Health and Life Sciences aan de VU. Voor haar onderzoekstage ontwikkelt en evalueert zij een website die patiënten met migraine van informatie voorziet en adviseert. Door een e-health tool in te vullen, krijgen patiënten die last hebben van migraine, persoonlijk advies wat zij kunnen doen om migraine klachten en aanvallen te verminderen en de kwaliteit van leven te verbeteren.
Stages 2021
Maxime Birza volgt de bachelor Gezondheid en Leven aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Voor haar wetenschappelijke stage doet zij onderzoek naar het oneigenlijk gebruik van ADHD-medicatie als concentratie verhogend middel onder studenten en volwassenen. De afgelopen jaren is het gebruik van ADHD-medicatie sterk toegenomen door de verhoogde prestatiedruk en de normalisering van het gebruik van deze medicijnen. Wat veel mensen niet weten is dat gebruik van ADHD-medicatie kan leiden tot ernstige bijwerkingen, zoals hartkloppingen, depressie en drugsverslaving. Op dit moment is er nog weinig bekend over het oneigenlijk gebruik van deze middelen in Nederland. Daarom zal Maxime onderzoek doen naar persoonlijke en leefstijl gerelateerde factoren die kunnen leiden tot het ongebruik van ADHD-medicatie.
Stages 2020
Ramtin Moosavian volgt de master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences aan de VU. Ramtin brengt de huidige voedingskennis en voedingsinname van studenten in het hoger onderwijs in kaart. Momenteel is er weinig bekend over de huidige voedingskennis onder studenten. Voedingskennis kan gelinkt worden aan obesitas, welke weer gelinkt kan worden aan verschillende gezondheidsproblemen. Van belang bij voedingskennis zijn ook de vaardigheden en beslissingen m.b.t. voeding in een bredere context. Deze factoren in kaart brengen, kan aanknopingspunten geven om bepaalde gezondheidsproblematiek te verhelpen.
Amber de Jong volgt de bachelor Gezondheidswetenschappen aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Voor haar wetenschappelijke stage doet zij onderzoek naar de effecten van COVID-19 gerelateerde stress onder studenten. COVID-19 en de daar bijbehorende thuisisolatie lijkt, zo blijkt uit eerste onderzoeken, effect te hebben op de psychische gezondheid van studenten. Vanuit Therapieland zijn er eHealth modules ontwikkeld ter ondersteuning bij COVID-19 gerelateerde stress onder studenten. Amber zal onderzoek doen naar de effectiviteit van deze modules, inclusief factoren als recruitment en therapietrouw.
Maaike Walraad volgt de bachelor Gezondheidswetenschappen aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Voor haar bachelorstage doet ze onderzoek naar het voorkomen van chronische koolmonoxide vergiftiging in de huisartspraktijk. Chronische koolmonoxide vergiftiging is een onderschat probleem, wat momenteel weer onder de aandacht wordt gebracht in de wetenschap. De symptomen die passen bij een dergelijke vergiftiging zijn aspecifiek, en daarom wordt er niet vaak over gedacht als mogelijke oorzaak van de klachten. Er wordt onderzocht welke fysieke en psychische klachten voorspellen of er sprake is van een chronische koolmonoxide vergiftiging. Daarbij wordt er gekeken naar de rol van huisvesting in dit probleem.
Yoël da Costa Senior volgt de master Geneeskunde aan de UvA/AMC. Voor zijn wetenschappelijke stage doet hij onderzoek naar het afbouwen van antidepressiva in de huisartspraktijk. Het gebruik van antidepressiva is wijdverbreid en de effectiviteit meermaals bewezen. Op de lange termijn is er risico op aanzienlijke bijwerkingen, zoals maag-, darm- en leveraandoeningen, een verhoogd cardiovasculaire risico en gewichtstoename. Over het afbouwen van deze medicatie is veel onbekend en er bestaan geen eenduidige richtlijnen. Veel patiënten zijn bang voor een terugval zodra zij de medicatie staken en gebruiken daarom jarenlang onnodig antidepressiva. Als op voorhand duidelijk is bij wie afbouwen gemakkelijk zal gaan en bij wie niet, kan een inschatting van het risico worden gemaakt en de begeleiding tijdens het afbouwen hier op worden aangepast. Daartoe zal Yoël gaan kijken welke factoren in welke mate een rol spelen bij het succesvol afbouwen van antidepressiva
Lydia Wolfs onderzoekt in haar onderzoekstage de effectiviteit van E-health bij burn-out gerelateerde klachten bij studenten, middels een online Mindfulness programma vanuit Therapieland. Dit is onderdeel van haar Master Management, Policy Analysis en Entrepreneurship in the Life and Health Sciences aan de Vrije Universiteit.
Daisy Tieleman studeert Gezondheidswetenschappen aan de VU. Voor haar Bachelorstage doet zij onderzoek naar de correlatie tussen academische motivatie en academische self-efficacy en het gebruik van hormonale anticonceptie. Academische motivatie en academische self-efficacy zijn belangrijk voor de studieprestaties. Daisy onderzoekt welke invloed exogene hormonen in anticonceptie op de uiteindelijke studieprestaties hebben.
Tess Weis is een bachelorstudent Gezondheidswetenschappen aan de Vrije Universiteit Amsterdam. In februari ben ik begonnen met een onderzoeksstage naar stimulerend middelengebruik ter verbetering van de concentratie onder studenten. Veel studenten kampen tegenwoordig met concentratieproblemen en er wordt uit gemakzucht vaak een pil voorgeschreven of gebruikt. Het is echter belangrijk om te kijken naar wat er écht aan de hand is met een student en wat de oorzaak van deze problemen kan zijn, zodat hierop kan worden ingegrepen door bijvoorbeeld de huisarts of psycholoog. Zo wordt er onder andere onderzocht of academische motivatie en academische self-efficacy geassocieerd zijn met middelengebruik.
Kyra Mendes de Leon volgt de bachelor Gezondheidswetenschappen aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Voor haar wetenschappelijke stage doet zij onderzoek naar de relevantie van parasitair laboratoriumonderzoek. Een parasitaire test brengt hoge kosten met zich mee en wordt vaak overbodig aangevraagd. Voor mensen met chronische maag-darm klachten is het vaak onduidelijk of er sprake is van een parasitaire infectie of een onderliggende aandoening, zoals het prikkelbaar-darmsyndroom of een lactose-intolerantie. Er wordt onderzocht welke persoonlijke, psychische en omgevingsfactoren voorspellen of het noodzakelijk is om een parasitaire test uit te voeren bij mensen met chronische klachten. Het is een retrospectief onderzoek dat wordt uitgevoerd met behulp van een kwantitatieve data-analyse.
Brigitte van der Til volgde aan haar master Health Care Management aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Voor haar scriptie doet zijn onderzoek naar de risicoperceptie en gedragsverandering van vrouwen die orale anticonceptie gebruiken en roken. Deze combinatie van orale anticonceptie en roken kan namelijk het risico op trombose verhogen. In 2018 is er al een onderzoek gedaan waar vrouwen geïnformeerd werden over deze risico’s en vervolgens werden gevraagd of zij eerder geneigd waren om te stoppen met roken of met de orale anticonceptie. Hieruit bleek dat vrouwen eerder geneigd waren om te stoppen met roken. Om meer inzicht te krijgen of de vrouwen ook echt gestopt zijn met roken of hun huidige orale anticonceptie en wat hun overweging om dit wel of niet te doen zal Brigitte hier vervolgonderzoek naar doen. Met deze resultaten zal de huisartsenpraktijk meer diepgang krijgen in wat de gezondheidsinformatie heeft gedaan en hoe het de vrouwen hun gedrag heeft beïnvloed.
Stages 2019
Nicole Rutten is in september begonnen aan haar wetenschappelijke stage in het kader van haar opleiding Geneeskunde. Zij is 6e-jaars student aan het VUmc in Amsterdam. Zij doet op dit moment onderzoek naar de tevredenheid van het gebruik van orale Isotretinoine in de huisartsenpraktijk, een middel voor ernstige en/of therapieresistente acne (o.a. bekend als Roaccutane). Dit medicijn wordt grotendeels door dermatologen voorgeschreven, maar er zijn ook steeds meer huisartsen die de behandeling toepassen. Het gebruik van Isotretinoine kent een hoop controles en voorzichtigheden die niet iedere huisarts, om verschillende redenen, op zich kan of wil nemen. Voor het gebruik bij zowel de huisarts als bij de dermatoloog zijn er voors en tegens te noemen, maar wat vinden de patiënten en de huisarts zelf? In dit onderzoek bevraagd Nicole patiënten naar hun tevredenheid over de behandeling met dit medicijn bij de huisarts, en hoort zij de huisartsen over hun ervaring en mening van de toepassing in de praktijk. Op deze manier hoopt zij een beter beeld te krijgen van het gebruik van Isotretinoine in de huisartsenpraktijk, om van hier uit een aanbeveling te kunnen doen voor de Nederlandse huisartsen.
Marlies de Bruin is zesdejaars Geneeskunde student aan de UvA/AMC. Voor haar wetenschappelijke stage deed zij onderzoek naar PrEP, het preventiemiddel tegen HIV. Momenteel wordt PrEP verstrekt door de huisarts en de GGD en sinds de komst van het pilot PrEP programma wat sinds augustus 2019 is gestart, wordt een deel van de kosten door de overheid vergoed voor 5000 hoog risico PrEP-gebruikers. Wij onderzoeken wat de overwegingen zijn voor PrEP-gebruikers om een keuze te maken voor de GGD of de huisarts en hoe tevreden zij dan uiteindelijk over hun desbetreffende PrEP-zorg zijn. Daarbij kijken we of stigma en discriminatie vanuit de zorgverlener nog een rol speelt. Afhankelijk van de resultaten hopen wij op deze manier de kwaliteit van zorg te verbeteren en de huisarts en/of GGD-arts inzicht te geven in de knelpunten van de PrEP-zorg, zodat dit kan worden verbeterd.
Caroline van Meurs is student Geneeskunde aan de UvA/AMC. Voor haar wetenschappelijke stage deed ze onderzoek naar de effectiviteit van E-health modules voor de preventie van terugval van depressie specifiek bij het afbouwen van antidepressiva maar ook terugval van depressie in het algemeen. Dit werd onderzocht in de bestaande literatuur en daarnaast werden een aantal patiënten uitgenodigd worden om de bestaande E-health module van Therapieland te volgen. Patiënten gaven tijdens en na dit proces feedback over wat verbeterpunten zijn.
Noah Mooijman doet de master Health Sciences aan de VU en heeft daarvoor HBO-Verpleegkunde afgerond. Voor haar wetenschappelijke stage deed zij onderzoek naar welke innovaties op het gebied van geestelijke gezondheid universiteiten wereldwijd, aanbieden aan studenten met mentale klachten zoals stress, angst en depressie. Zij heeft hiervoor studentpsychologen uit Nederlanden België geinterviewd om te exploreren hoe zij hun zorgaanbod vormgeven en om te kijken onder welke voorwaarden bepaalde innovaties het beste werken. Het doel van dit onderzoek is om deze innovaties in kaart te brengen, zodat universiteiten over de hele wereld kennis kunnen uitwisselen en elkaar kunnen inspireren om het zorgaanbod aan te laten sluiten op de zorgvraag van de studenten.
Nieneke Hofstra studeert Gezondheid & Leven aan de VU en haar onderzoek gaat over vrouwen van 35 jaar en ouder die roken en de anticonceptie pil gebruiken. Vrouwen van 35 jaar of ouder met deze combinatie lopen gezondheidsrisco’s waaronder een verhoogd risico op trombose. Nieneke gaat uitzoeken wat de situatie is onder vrouwen bij deze huisartsenpraktijk, o.a. hoe groot deze groep is, wat eventuele overeenkomsten zijn tussen vrouwen die roken en de pil gebruiken, en of het te voorspellen is of deze vrouwen eerder zullen stoppen met roken of over zullen stappen op andere anticonceptie en hoe zij te motiveren zijn om te stoppen met deze onwenselijke combinatie.
Suleika doet in het kader van haar master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences (MPA) aan de VU onderzoek naar een eHealth interventie voor slaapproblemen onder volwassenen. Binnen het onderzoek kijkt zij naar volwassenen met insomnia die ervaring hebben met het gebruik van slaapmedicatie. Vanuit het perspectief van de eHealth gebruiker worden verschillende factoren onderzocht die mogelijk invloed hebben op de effectiviteit van de interventie. Het in kaart brengen van dit perspectief zou kunnen bijdragen aan het optimaliseren van eHealth interventies voor insomnia.
Devie-Luna Arts doet de master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences (MPA) aan de VU. In het kader van deze master doet ze onderzoek naar de ontwikkeling van een E-tool voor studenten met concentratie problemen. Uiteindelijk zal een E-tool gerealiseerd worden waarop studenten makkelijk de weg kunnen vinden in “concentratieland”, verschillende vormen van concentratiestoornissen worden behandeld, er is een soort keuzehulp en er worden zinvolle eHealth modules aangeboden. Gedurende het ontwikkelingsproces worden de verwachtingen en ervaringen van studenten in het hoger onderwijs met betrekking tot de ontwikkelde eHealth technologie onderzocht en meegenomen.
Stages 2018
Ellen Boon is zesdejaars student Geneeskunde aan de UvA/AMC. Voor haar wetenschappelijke stage deed zij onderzoek naar hoe de gezondheid van geneeskunde, psychologie, rechten en economie en bedrijfskunde studenten is, ten opzichte van andere universitaire studenten. Dit is onderzocht door middel van data die verzameld zijn uit de studentengezondheidstest. Ook is gekeken naar de demografische en situationele verschillen van studenten van verschillende studies, en verschillen in hun leefstijl. Verder onderzocht ze of er een trend is in de prevalentie van specifieke studie-gerelateerde gezondheidsproblemen over verschillende jaren (2012-2016). Een van de missies van het onderzoek is om een indicatie te krijgen van de gezondheidsstatus van studenten.
Marloes Veldhoven deed in het kader van haar bachelor Gezondheidswetenschappen aan de VU Amsterdam, onderzoek naar de rol van mannen in de anticonceptiekeuze. Aangezien hier nog vrij weinig over bekend is, was het doel van dit onderzoek om de wetenschappelijke nieuwsgierigheid te stillen. Hoe zien mannen hun verantwoordelijkheid naar anticonceptie toe? Hebben hun normen en waarden hiermee te maken? Hoeveel weten ze er eigenlijk over? Gedragen ze zich naar hun kennisniveau? Naar aanleiding van de antwoorden op onder andere de bovengenoemde vragen en de conclusies die hieruit getrokken worden, kan bijvoorbeeld de conversatie in de spreekkamer van de dokter worden geëvalueerd om beter aan te sluiten aan de behoefte van de man.
Lotte Douwes deed onderzoek in het kader van haar bachelor Toegepaste Psychologie aan het NTI naar de interventiemogelijkheden voor PhD studenten die psychische gezondheidsproblematiek ervaren. Uit eerder onderzoek blijkt dat een substantieel deel van de PhD studenten psychische gezondheidsklachten ervaart, waaronder depressie en burn-out.
De onderzoeksresultaten zullen worden verwerkt in het feedbacksysteem van de PhD Health Check. Dit is een geautomatiseerd online instrument waarmee onder andere de risicofactoren op en de aanwezigheid van (psychische) gezondheidsproblematiek bij PhD studenten kunnen worden gedetecteerd. Vervolgens ontvangt de PhD student een e-mail met daarin gepersonaliseerde feedback met scores en interventiemogelijkheden passend bij de problematiek die hij of zij ervaart. Onder de interventiemogelijkheden vallen zowel zelfhulpadviezen, het volgen van verschillende vormen van E-therapie of andere passende vormen van begeleiding van bijvoorbeeld een psycholoog.
Iris Bunte heeft in het kader van de combinatie Klinische neuropsychologie aan de UvA / Major Science in Society aan de VU Amsterdam, onderzoek gedaan naar de prevalentie en huidige behandeling van seksuele disfuncties bij zowel mannen als vrouwen. Het was de bedoeling in kaart te brengen of professionals al werken met E-sexual health betreft deze problematiek en wat er over E-sexual health bekend is onder de patiëntenpopulatie. Uiteindelijk is het de bedoeling dat dit onderzoek bij kan dragen aan de ontwikkeling van een applicatie voor seksuele disfunctie voor een efficiëntere en drempelverlagende behandeling van de patiënt door de huisarts.
Monique van Weeren deed in het kader van haar master opleiding Management, Policy-Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences (MPA) aan de VU Amsterdam onderzoek naar slaapproblemen onder studenten in Amsterdam. Studenten kunnen een tekort aan slaap ervaren door onder andere studiestress en ongezond slaapgedrag zoals cafeïne consumptie en alcohol/drugs gebruik. Monique gaat in kaart brengen welke slaapproblemen spelen bij studenten in het hoger onderwijs (niet kunnen inslapen, niet kunnen doorslapen, etc) en welke factoren hieraan gerelateerd zijn (faalangst, drugsgebruik, etc.) . Ook gaat ze onderzoeken in hoeverre studenten bekend zijn met de slaap hygiëne richtlijnen, of en waar de studenten informatie hebben gezocht over hun slaapproblematiek en of ze behoefte hebben aan eHealth interventies hiervoor. Verder zal zij de rol die verschillende professionals/ organisaties op zich kunnen nemen uitwerken, m.b.t. beleid (voorlichting e.d.) ter verbetering van het slaapgedrag van studenten.
Stages 2017
Jenneke Leen was zesdejaars student Geneeskunde aan de UvA / AMC. Voor haar wetenschappelijke stage deed zij onderzoek naar frequente bezoekers. Deze patiënten doen een onevenredig groot beroep op de zorg. (meer werkuren en kosten) Uit eerder onderzoeken is gebleken dat mensen die vaak bij de huisarts komen vaker chronische ziekten, psychische klachten, onverklaarde lichamelijke klachten en sociale problemen hebben. Mogelijk spelen onvervulde verwachtingen en behoeftes ook een rol en worden deze verwachtingen en behoeftes niet herkend door de huisarts. Uitkomsten leiden mogelijk naar tips ter verbetering en efficiënter maken van de zorg aan deze patiënten. Haar verslag vind je hier.
Merel Hoek deed in het kader van haar master Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences (MPA) aan de VU onderzoek naar de ontwikkeling van een e-service voor vaginale klachten. Hoewel uit onderzoek blijkt dat vaginale klachten vaak voorkomen onder de algemene bevolking, consulteert slechts een klein deel van de vrouwen de huisarts daarvoor. Schaamte en angst voor een soa of andere vaginale aandoeningen spelen hierbij een grote rol. Een e-service kan vrouwen helpen hun klachten voor zichzelf in kaart te brengen en weloverwogen een geschikte behandeling te kiezen. Hierdoor kan de e-service bijdragen aan het efficiënt inzetten van de zorg door de huisarts.
Carmel van den Berk deed in het kader van haar bachelor stage Gezondheidswetenschappen aan de VU Amsterdam, onderzoek naar Ritalin misbruik onder Amsterdamse studenten. Een op de 10 studenten heeft wel eens Ritalin gebruikt om beter te kunnen studeren. Deze studenten hebben vaak geen ADHD-diagnose en gebruiken de medicatie oneigenlijk. Oneigenlijk gebruik kan gepaard gaan met afhankelijkheid en negatieve bijwerkingen. Hoewel artsen een bron van toegang zijn, is er weinig bekend over hun motieven tot voorschrijven van Ritalin. Er lijkt een discrepantie te bestaan tussen de beleving en waarnemingen van de professionals en de data uit de literatuur; 82% van de professionals verwacht geen misbruik. De ervaringen en meningen van huisartsen, studentenpsychologen en psychiaters met betrekking tot het gebruik en misbruik van Ritalin zijn daartoe in kaart worden gebracht middels kwalitatief onderzoek.
Joyce Pijpers deed in het kader van haar masterstage Management, Policy Analysis and Entrepreneurship in Health and Life Sciences (MPA) onderzoek naar eenzaamheid onder Amsterdamse studenten. Uit de Studentengezondheidstest 2013-2014 blijkt dat maar liefst 20% van de studenten gevoelens van eenzaamheid ervaart. Eenzaamheid is een belangrijke risicofactor voor het ontwikkelen van een depressie. Joyce onderzocht welke factoren bijdragen aan deze gevoelens van eenzaamheid en welke factoren een gevoel van eenzaamheid juist verminderen voor verschillende groepen studenten. Haar rapport lees je hier.
Amber Hamacher studeerde Media, Informatie en Communicatie aan de Hogeschool van Amsterdam. Zij deed onderzoek naar hoe de naamsbekendheid van de studentenartsen, die jongvolwassen studenten als doelgroep heeft, bevorderd/vergroot kan worden met behulp van de inzet van social media. De wensen en behoeften van de doelgroep omtrent de voorkeur voor bepaalde social mediakanalen en content werd onderzocht. Haar verslag vind je hier.
Janine Pingen deed in het kader van haar studie Gezondheid en leven aan de VU Amsterdam, onderzoek naar het drugsgebruik van studenten. Ze onderzoekt welke drugs studenten gebruiken, waar de studenten hun drugs vandaan halen, en welke factoren het drugsgebruik beïnvloeden. Ze keek bijvoorbeeld naar de rol van stress, drugsgebruik van vrienden, uitgaan en de ouders. Haar verslag lees je hier.
Stages 2016
Lotus Wendel heeft in het kader van haar afstudeerstage Gezondheid & Leven aan de VU Amsterdam, onderzoek gedaan naar het beweeggedrag van studenten. Uit de Studentengezondheidstest is naar voren gekomen dat 33% van de studenten meer wil bewegen. Lotus onderzocht of deze groep inderdaad te weinig beweegt plus welke factoren hieraan gerelateerd zijn. Ook onderzocht zij hoe studenten gemotiveerd kunnen worden om (meer) te gaan bewegen. Resultaten vind je hier.
Eva Vroonland heeft onderzoek gedaan naar een mogelijke ondersteuningsregeling voor mantelzorgende studenten op de UvA en HvA. Ingrid Bunck heeft voor haar Bachelorsstage in 2014 onderzoek gedaan naar de gezondheid van mantelzorgende studenten en vond een lagere algemene gezondheid onder mantelzorgende studenten ten opzichte van niet-mantelzorgende studenten. Tevens vond zij onder de studenten een behoefte aan ondersteuning door de onderwijsinstelling. Eva heeft middels diepte interviews in kaart gebracht welke mogelijkheden er zijn om mantelzorgende studenten te ondersteunen bij het combineren van hun studie- en zorgtaken.
Truus Hooiveld heeft onderzoek gedaan naar de tevredenheid van vrouwelijke studenten over een online keuzehulp van anticonceptie. Uit onderzoek blijkt dat 21% van de Nederlandse vrouwen niet geheel tevreden is met haar keuze van anticonceptie. Een online keuzehulp zou kunnen helpen deze tevredenheid te vergroten. Joyce Molenaar heeft tijdens haar bachelorstage bij Studentenartsen Oude Turfmarkt in 2014 onderzoek verricht naar welke behoeftes vrouwelijke studenten hebben betreffende een keuzehulp voor anticonceptie. Truus Hooiveld heeft deze keuzehulp ontwikkeld en daarna onderzocht of vrouwelijke studenten tevreden zijn met de keuzehulp. Het onderzoek heeft uitgewezen dat de keuzehulp voldoet aan de eisen van studenten, om ze zo veel mogelijk tegemoet te komen in hun behoeftes
Nina Doodkorte heeft onderzoek gedaan naar barrières en beslechtende factoren voor het zoeken van professionele hulp door patiënten van de praktijk die dyspareunie (pijn bij het vrijen) ervaren. Ook keek ze of de barrières die patiënten denken te vinden bij de huisarts, werkelijk zo door de huisarts ervaren worden. De informatie betreffende barrières en beslechtende factoren is verkregen met behulp van een vragenlijst; een vragenlijst voor de patiënten en een vragenlijst voor de huisartsen van de praktijk. Haar rapport vind je hier.
Elke Bronkhorst heeft onderzoek gedaan naar de informatiebehoeftes van studenten die gezondheidsinformatie op het gebied van medische problematiek en op het gebied van de huisartsenpraktijk op het internet zoeken. Tevens is gekeken naar het informatie zoekgedrag van deze groep. Dit met als doel de website van Bureau Studentenartsen te kunnen evalueren en mogelijk suggesties voor aanpassingen te kunnen doen. Haar rapport vind je hier.
Camille ten Velden evalueerde de e-tool (stroomdiagram) die ontwikkeld is voor herhaalde urineweginfecties bij vrouwen. Deze tool maakt het mogelijk dat vrouwen niet naar de praktijk hoeven te komen voor urineonderzoek. Zij onderzocht welke factoren er aan bijdragen dat sommige vrouwen de tool wel gebruiken en anderen niet. Daarnaast is onderzocht of de gebruiksters, huisartsen en assistenten tevreden zijn over de veranderde dienstverlening. Haar rapport vind je hier.
Brian Tielrooij deed een literatuurstudie naar de mogelijkheden die eHealth biedt voor huisartsen en praktijkondersteuners op het gebied van problematisch alcoholgebruik. Ruim 80% van de Nederlandse bevolking consumeert alcohol, met een gemiddelde consumptie van 8,1 liter alcohol per jaar per hoofd van de bevolking. De studentenpopulatie voert hierbij de boventoon. eHealth heeft de potentie om de kwaliteit, efficiëntie, veiligheid en kosteneffectiviteit van de zorg verder te vergroten. A narrative review of effectiveness lees je hier.
Stages 2015
Ivonne Heideman heeft een protocol ontwikkeld voor onderwijssleutelfiguren van de UvA en HvA, zodat zij studenten met een suïcide risico tijdig kunnen herkennen en weten welke stappen ze vervolgens moeten ondernemen. Haar verslag vind je hier.
Eveline Smit heeft onderzoek gedaan naar hoe eHealth applicaties studenten sterker kunnen maken in het zoeken van hulp voor verborgen gezondheidsklachten. Haar rapport vind je hier.
Josefien Kleijweg heeft onderzoek gedaan naar hoe studenten die enige vorm van seksueel misbruik (hebben) ervaren, op een zo goed mogelijke wijze doorgesluisd kunnen worden naar voor hen relevante hulp. Dit met het oog op een mogelijk betere kwaliteit van leven voor de student en mogelijk betere studieresultaten door de verbeterde lichamelijke en mentale staat. Haar verslag vind je hier. Er wordt nog aan een wetenschappelijk artikel over dit onderwerp gewerkt.
Astrid Konijn heeft de recent ingevoerde ‘‘web-agenda’’ onder patiënten en medewerkers geëvalueerd, waarbij o.a. de voor-en nadelen van de online afspraak module ten opzichte van telefonisch gemaakte afspraken zijn onderzocht. Haar verslag vind je hier. Er is over de webagenda een artikel verschenen in Huisarts en Wetenschap.
Kim Francken heeft onderzoek gedaan naar de hulpbehoeften van studenten met een eetstoornis en naar hoe deze studenten het snelst en het best opgespoord kunnen worden. Haar rapport vind je hier.
Stages 2014
Pascal Collard is in februari 2014 begonnen aan zijn onderzoek i.h.k.v. zijn masterstage Management, Policy Analysis & Entrepreneurship in the Health and Life Sciences (MPA). Hij onderzoekt hoe studenten met een beperking de weg kunnen vinden naar voorzieningen die hier voor zijn. Pascal heeft zijn stage met succes afgesloten, zijn rapport vind je hier.
Danuta Mazurel Heeft onderzocht hoe vaak studenten al dan niet serieus aan zelfmoord denken. Wat zijn de risicofactoren en hoe spoor je die op. Ook worden er workshops georganiseerd voor studentendecanen en studieadviseurs van de HvA en de UvA. Haar rapport vind je hier.
Ingrid Bunck heeft onderzoek gedaan naar studenten die mantelzorg verlenen. Hoe vaak komt dat voor, wat doen die studenten dan precies en wat voor effect heeft dat op het welbevinden en de studie. In de internationale literatuur is hier vrijwel niets over bekend. Haar onderzoeksverslag vind je hier.
Joyce Molenaar heeft onderzocht op welke rationele en mogelijk irrationele gronden studentes kiezen voor een bepaalde vorm van anticonceptie. Een van haar producten is een analyse van het fenomeen keuzehulp om tot een verantwoorde afgewogen keuze te kunnen komen. Haar rapport vind je hier.